T02068

Toezegging Fiscale aftrek studiekosten (34.035)



De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Essers (CDA), toe dat zij de informatie die zij naar de Nederlandse Raad voor Training en Opleiding (NRTO) stuurt over de mogelijkheden om te lenen en fiscale aftrek van studiekosten ook in afschrift aan de Eerste Kamer doet toekomen.


Kerngegevens

Nummer T02068
Status voldaan
Datum toezegging 20 januari 2015
Deadline 1 januari 2016
Verantwoordelijke(n) Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
Commissie commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen fiscale aftrek
studiekosten
studievoorschot
Kamerstukken Wet studievoorschot hoger onderwijs (34.035)


Uit de stukken

Handelingen I 2014-2015, nr. 17, item 8 - blz. 52-53

Minister Bussemaker: Ik vervolg met de vraag van het CDA over de fiscale aftrek. Die zou vooral gevolgen kunnen hebben voor het onbekostigde onderwijs. De fiscale aftrek wordt mogelijk in de berekening bij de keuze voor een studie meegenomen, maar het kan niet zo zijn dat deze aftrek doorslaggevend is bij de keuze voor hetzij bekostigd dan wel onbekostigd onderwijs. De fiscale regeling van de aftrek van scholingskosten is niet bedoeld en nooit bedoeld geweest om de toegankelijkheid van onbekostigd onderwijs te vergroten of de keuze voor onbekostigd onderwijs te stimuleren. Het inkomen van de student, zowel tijdens als na de studie, is bepalend voor de mate waarin een eventuele fiscale aftrek kan worden verzilverd. Een hoge aftrek aan studiekosten vergt een naar studentenmaatstaven zeer hoog inkomen, om deze aftrek te kunnen benutten. Dat lijkt mij niet wenselijk. De meeste studenten komen daar ook helemaal niet aan toe. Wij willen de fiscale maatregelen voorkomen, want dan krijgen wij een budgettaire weglek. De enige uitvoerbare wijze waarop de weglek kan worden voorkomen, is afschaffing van de aftrek voor alle studenten die aanspraak hebben op de reguliere studiefinanciering. De aftrek blijft wel bestaan voor de deeltijdstudenten. Daar is die juist ook voor bedoeld. Als deze maatregel niet wordt genomen en de budgettaire derving als gevolg van fiscale weglek moet worden gedekt via een verhoging van de drempel voor aftrek van scholingsuitgaven, zou de drempel met een dermate groot bedrag moeten worden verhoogd, dat slechts nog een heel klein deel van de studenten hiervan gebruik kan maken. De facto staat zo'n verhoging van de drempel gelijk met afschaffing van deze fiscale regeling. In dit geval lijden ook mensen die geen recht hebben op studiefinanciering hieronder. De differentiatie in de drempels is ongewenst, want deze zorgt voor zeer complexe regelgeving, die lastig uitvoerbaar en handhaafbaar is voor de Belastingdienst. Die regelgeving is tegenstrijdig met de ambitie tot vereenvoudiging van de belastingwetgeving.

De heer Essers (CDA): Wij krijgen veel brieven van met name particuliere hogescholen, die uitdrukkelijk op dit punt wijzen. Zij zeggen: onze studenten hebben hoge studiekosten. Zij hebben bij de keuze voor dit type onderwijs nadrukkelijk rekening gehouden met de fiscale aftrek en daar maken zij wel degelijk gebruik van. Ik denk dat het betoog van de minister vooral ziet op reguliere studenten, maar bepaald niet op deze categorie studenten.

Minister Bussemaker: Dat ben ik niet helemaal met de heer Essers eens. Ik heb mij hier zeer uitgebreid in verdiept. Ik ben op werkbezoek geweest en ik heb er met de NRTO over gesproken. Ik merk dat er veel misverstanden zijn. Ze kennen bijvoorbeeld vaak de voordelen niet die dit wetsvoorstel ook deze studenten biedt. Ze hebben het idee dat er beperkte leenmogelijkheden zijn. Ik heb afgesproken dat ik apart voorlichting voor hen ga maken, om ervoor te zorgen dat zij ook zien welke mogelijkheden om te lenen blijven bestaan.

Het zijn overigens onbekostigde opleidingen, waarvoor studenten toch al zo'n €15.00 moeten uittrekken, voor collegegeld en woonlasten. Dat zijn al heel hoge bedragen. Thans komt maar een heel klein deel voor aftrek van het collegegeld in aanmerking. De voordelen, afschaffen van de bijverdiengrens, vouchers, krediet voor een leven lang leren, gelden ook voor deze studenten. We gaan er aparte voorlichting over maken, zoals gezegd.

De voorzitter: Nog kort, mijnheer Essers.

De heer Essers (CDA): Mag ik de minister dan verzoeken om duidelijk te communiceren met de Kamer hoe deze categorie studenten precies gebruikmaakt van deze aftrek? Er zit namelijk een te grote discrepantie tussen de beeldvorming die nu bestaat en datgene wat de minister zegt. De fiscale aftrek wordt uitdrukkelijk afgeschaft omdat die budgettaire consequenties heeft. Dan kan het toch niet zo zijn dat het nauwelijks effect heeft voor studenten? Er moet ergens iets …

Minister Bussemaker: Maar de vraag is voor welke student. Het gros van de studenten aan onbekostigde instellingen is deeltijdstudent zonder recht op studiefinanciering. Het gaat hier dus over een heel kleine groep die een heel hoge bijdrage kan neertellen voor een opleiding en voor collegegeld. Van die groep komt slechts een klein aantal studenten in aanmerking voor collegegeldaftrek. Dat is absoluut niet het gros van de studenten daar. Dat zijn de deeltijdstudenten en die houden hun aftrek.

De heer Essers (CDA): Kunnen we een notitie krijgen?

Minister Bussemaker: Ik zal zorgen dat de informatie die ik naar de NRTO stuur ook bij deze Kamer terechtkomt.

(...)

Handelingen I 2014-2015, nr. 17, item 8 - blz. 56

De heer Essers (CDA): Een andere monitoringsituatie heeft te maken met de meerjarige masters. Wij vinden het uitermate moeilijk om de minister daarin te volgen. Het is toch evident dat studenten die een tweejarige of driejarige master doen meer kosten maken dan iemand die slechts een eenjarige master doet. Het wegvallen van de basisbeurs betekent dan een extra aantasting van de financiële situatie. Ik wil met name de afschaffing van de fiscale aftrekmogelijkheden nog benoemen. Volgens mij is deze categorie daardoor extra getroffen. Juist omdat deze studenten meer kosten maakten die niet werden gedekt door een basisbeurs, konden zij van die aftrek profiteren. Ik zou graag nog eens willen wijzen op de door de staatssecretaris toegezegde notitie over de fiscale aftrek. Ik had een en ander gekoppeld aan de gevolgen van het wegvallen van de fiscale aftrekmogelijkheid voor studenten in het onbekostigd onderwijs, maar ik denk dat het ook geldt voor de studenten die een tweejarige of driejarige master volgen. Daar zal die afschaffing daadwerkelijk doorwerken.

(...)

Handelingen I 2014-2015, nr. 17, item 8 - blz. 64-65

Minister Bussemaker: Ik was een beetje in de war door de heer Essers die het bij de fiscale aftrek over een fiscaal plan van de staatssecretaris had. Het was mij onduidelijk of hij een plan van de staatssecretaris van Financiën bedoelde of dat hij een plan van mij verwacht. Ik zeg overigens graag toe dat ik nog een keer aangeef wat ik met de fiscale aftrek doe.

De heer Essers (CDA): Sorry, ik ben zo gewend om met de staatssecretaris van Financiën te debatteren dat ik niet duidelijk was. Het gaat mij erom dat er nog steeds onduidelijkheid bestaat over de gevolgen van het schrappen van de fiscale aftrek van studiekosten. Wij hadden het in het debat over de gevolgen voor studenten in private hogescholen, maar dit speelt ook op andere terreinen. Ik heb de meerjarige masters genoemd omdat studenten die deze volgen, meer kosten maken dan ze aan basisbeurs krijgen. Vandaar mijn vraag of wij een overzicht kunnen krijgen van de gevolgen van het schrappen van de aftrek. Welke groepen worden daardoor getroffen?

Minister Bussemaker: Ik zeg toe dat ik dat in één keer doe. Ik ben ook met het onbekostigde onderwijs bezig om de mogelijkheden aan te geven. Ik zal daar een afschrift van sturen, want anders gaan we de discussie overdoen die we in de schriftelijke vragenronde al met elkaar hebben gevoerd. Dat lijkt mij niet erg nuttig.


Brondocumenten


Historie