T01593

Toezegging AMvB protocol afleggen huisbezoek (31.929)



Om een zorgvuldige uitvoering te garanderen zegt de staatssecretaris van SZW de Kamer, naar aanleiding van opmerkingen van de leden Sent en Scholten, toe om het protocol voor het afleggen van huisbezoeken wettelijk te verankeren via een AMvB. Hoewel deze niet bij beide Kamers der Staten-Generaal zal worden voorgehangen, zal de AMvB naar verwachting wel voor 1 januari 2013 ter informatie aan de Eerste Kamer kunnen worden gestuurd.


Kerngegevens

Nummer T01593
Status voldaan
Datum toezegging 25 september 2012
Deadline 1 januari 2013
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Kamerleden Mr. M.C. Scholten (D66)
Prof.dr. E.M. Sent (PvdA)
Commissie commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie lagere regelgeving
Onderwerpen Algemene Maatregel van Bestuur
huisbezoeken
protocollen
uitvoeringsorganisaties
Kamerstukken Huisbezoek voor rechtmatigheid uitkering (31.929)


Uit de stukken

Handelingen I 2012-2013, nr. 1 - blz. 1-8-70

Staatssecretaris De Krom:

Mevrouw Sent en anderen hebben gevraagd of wij nu niet verplicht moeten voorschrijven, gelet op het feit dat wij allen zo aan zorgvuldigheid hechten, dat alle uitvoerings-organisaties een protocol voor een huisbezoek maken. Dat voorkomt willekeur, althans, als ik de vraag van mevrouw Sent goed heb begrepen. Dit specifieke punt is ook in de Tweede Kamer aan de orde gekomen. Toen heb ik gezegd dat ik protocollen nuttig vind maar dat ik het niet nodig vind om ze wettelijk te verplichten, want ook zonder protocol moet de uitvoering zich aan alle wetten en jurisprudentie houden en aan alle waarborgen die daarin besloten ligt. Er zijn algemene regels en er is uitgebreide jurisprudentie, dus iedereen die zich met de handhaving en de uitvoering van deze wet bezighoudt, weet heel goed waaraan hij of zij zich moet houden. Bovendien hebben uitvoeringsinstanties natuurlijk vaak al een protocol. [...] Ik bespeur wel bij een aantal leden van uw Kamer, als ik goed naar hun inbreng in de eerste termijn heb geluisterd, in het bijzonder bij mevrouw Sent, de wens om die wettelijke verplichting tot het hebben van een protocol in de wet vast te leggen. Hoewel ik dit niet nodig vind, om alle redenen die ik zojuist ook heb genoemd, ben ik eventueel wel bereid om dit te overwegen als dat de betreffende fracties, in het bijzonder die van de PvdA, over de streep mocht trekken om voor dit wetsvoorstel te stemmen. Dat is dan een beetje een weging van belangen. Ik vraag dus ook uitdrukkelijk aan mevrouw Sent of zij die belangen dan ook zou willen wegen.

Handelingen I 2012-2013, nr. 1 - blz.1-8-74/75

Staatssecretaris De Krom:

Ik wil gezegd hebben dat ik mevrouw Sent er zeer erkentelijk voor ben dat zij een positief advies aan haar fractie zal geven. Daar hecht ik zeer aan, zoals ik heb aangegeven. Ik zeg haar hierbij ook toe dat ik via een Algemene Maatregel van Bestuur protocollen verplichtend zal voorschrijven. Dan hoop ik en neem ik aan dat ik de fractie van de Partij van de Arbeid aan boord krijg.

Mevrouw Sent (PvdA):

Is de staatssecretaris voornemens om de Algemene Maatregel van Bestuur voor te hangen bij de Kamers?

Staatssecretaris De Krom:

Voorzitter. Ik moest even ruggespraak houden omdat een AMvB inclusief voorhang veel tijd kost, zoals mevrouw Sent ook weet. De invoeringsdatum van deze wet is 1 januari 2013, vandaar dat ik even twijfelde of dat wel kan. Die twijfel is meer ingegeven door de praktische uitvoerbaarheid dan door iets anders. Ik hecht eraan dat die AMvB er op 1 januari 2013 is. Om die reden wil ik geen AMvB met voorhang. Ik wil echter het ontwerp wel graag aan deze Kamer sturen, zodat zij zich daar een oordeel over kan vormen. Dan hoor ik het wel. Wij moeten een beetje praktisch blijven, vandaar mijn aarzeling.

Handelingen I 2012-2013, nr. 2- blz. 2-5-6

Mevrouw Scholten (D66):

Voorzitter. De staatssecretaris heeft vorige week in het debat toegezegd dat hij bij Algemene Maatregel van Bestuur een aantal voorwaarden zal opnemen waaronder de uitvoeringsambtenaar woningen mag binnentreden. Dat was voor onze fractie, en voornamelijk voor de Partij van de Arbeid, die daar nog veel eerder op aandrong, van cru-ciaal belang. Deze toezegging was voor ons een reden om het wetsvoorstel goed te keuren. Mijn gedachte daarachter was later dat deze AMvB niet zelf in de wet is opgeno-men. Deze zal via een veegwet moeten worden aanvaard. We hebben in het debat niet over de veegwet gesproken. Ik heb daarom vanmorgen de staatssecretaris opgebeld en gevraagd hoe dit in het vat moet worden gegoten. Deze derde termijn is daarvan het gevolg.

Staatssecretaris De Krom:

Voorzitter. Ik dank mevrouw Scholten voor deze vraag. We hebben elkaar inderdaad vanochtend gesproken, maar het is goed om wat wij telefonisch besproken hebben met de Kamer in haar geheel te bespreken. Ik ben u erkentelijk, voorzitter, voor de gelegenheid om dat te doen. Ik heb vorige week in het debat inderdaad aangegeven dat ik, om een zorgvuldige uitvoering te garanderen, bereid ben om het protocol tot het afleggen van huisbezoeken wettelijk te verankeren. Ik zal het verankeren via een Algemene Maatregel van Bestuur om het UWV, de SVB en de gemeenten te verplichten om een protocol op te stellen met daarin de regels die de rechten en plichten van de belanghebbenden bij een huisbezoek omschrijven. De volgende artikelen bieden de wettelijke grondslag voor de AMvB. Voor het UWV gaat het om artikel 32d, tweede lid van de Wet SUWI. Voor de SVB gaat het om artikel 34a, eerste lid van de Wet SUWI. Voor de gemeenten gaat het om artikel 67, tweede lid van de WWB. Uiteraard moet een zorgvuldige procedure rond de totstandkoming van de AMvB worden gevolgd. Dit houdt in dat deze uiteraard aan de Raad van State zal worden voorgelegd. Afhankelijkvan de voortgang verwacht ik dat ik voor het einde van dit jaar de AMvB zal kunnen invoeren.

De voorzitter:

Ik constateer dat de beantwoording van de staatssecretaris voor de leden afdoende is.


Brondocumenten


Historie