T01068

Toezegging Adviesaanvraag (31.916)



Staatssecretaris Bijleveld-Schouten zegt het lid Vliegenthart (SP) toe de adviesaanvraag aan de Raad voor het openbaar bestuur (Rob) aan de Kamer te doen toekomen. Mocht er aanleiding voor zijn zal de staatssecretaris in een reactie op het Rob-advies expliciet aangeven wat het advies betekent voor het herindelingskader, en haar reactie tevens doen toekomen aan de Kamer.


Kerngegevens

Nummer T01068
Status voldaan
Datum toezegging 27 oktober 2009
Deadline 1 juli 2010
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Kamerleden dr. A. Vliegenthart (SP)
Commissie commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koningin (BZK/AZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen herindelingen
Rotterdam
Rozenburg
Kamerstukken Herindeling van de gemeenten Rotterdam en Rozenburg (31.916)


Uit de stukken

Handelingen EK 2009-2010, nr. 5, blz. 112-119

(...)

Blz. 117

De heer Vliegenthart (SP): “Ik heb nog twee vragen, concreet naar aanleiding van de opmerkingen van de staatssecretaris over de Rob. Zij heeft gezegd dat zij een adviesaanvraag zal indienen. Wil zij deze adviesaanvraag ook aan de Kamer doen toekomen, voor zover deze er nog niet uit is?”

(…)

Blz. 118

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten: “Ik weet niet of de aanvragen naar de Rob al uit zijn. Ik zie ook niet iemand die daar iets over kan zeggen. Ik zal het even bekijken en ik zal het de Kamer laten weten.”

(…)

De heer Vliegenthart (SP): “Ik neem aan dat er een Rob-advies komt en dat daar een kabinetsreactie op komt. Zou de staatssecretaris in de kabinetsreactie expliciet willen aangeven wat het Rob-advies betekent voor het herindelingskader?”

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten: “Dat kan ik doen, als de Rob daar iets over schrijft. Ik weet het natuurlijk niet precies. Wij kunnen de Rob-adviesaanvraag ook aan u doen toekomen. Ik zal het doen. Het ligt natuurlijk heel erg aan wat de Rob adviseert. Als er aanleiding toe is, zal ik er natuurlijk iets over zeggen. Daar kan men van op aan. Ik kan nu echter niet vooruitlopen op wat men gaat doen of op de conclusies die men zal trekken. Ik wacht dat gewoon rustig af, maar ik zal daar zorgvuldig en serieus op reageren.”


Brondocumenten


Historie