T00530

Toezegging Bestrijding vos (29.448)



De minister zegt toe te monitoren in hoeverre het wenselijk wordt geacht de bestrijding van de vos alleen te laten plaatshebben buiten de kraam- en zoogperiode. Mogelijk worden de bevindingen betrokken bij de evaluatie van de Flora en Faunawet.


Kerngegevens

Nummer T00530
Oorspronkelijke nummer tz_LNV_2006_2
Status voldaan
Datum toezegging 4 april 2006
Deadline 1 januari 2009
Verantwoordelijke(n) Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2003-2010)
Kamerleden drs. T.M. Slagter-Roukema (SP)
Commissie commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen evaluaties
Flora- en Faunawet
vossen
Kamerstukken Verruiming mogelijkheden tot beheer en schadebestrijding van beschermde inheemse diersoorten (29.448)


Opmerking

Op 15 juli 2008 heeft de Eerste Kamer een brief ontvangen van de Minister van LNV (kenmerk: TRCJZ/2008/2034) inzake evaluatie van de natuurwetgeving. Wordt meegenomen in de evaluatie van de natuurwetgeving (Natuurbeschermingswet 1998, Flora- en faunawet en Boswet)

Uit de stukken

Handelingen Eerste Kamer 2005 – 2006, [24] – [1149-1153]

Blz. 1150

Mevrouw Slagter-Roukema (SP): (…) Is de minister bereid om uit een oogpunt van dierenwelzijn als aanbeveling op te nemen dat de bestrijding van de vos uitsluitend mag plaatsvinden buiten de kraam- en zoogperiode en zonder honden en lichtbakken?

Blz. 1151

Minister Veerman: (…) Gevraagd is waarom wij voor de vos geen uitzondering maken in de werp- en zoogperiode. Als wij dat zouden doen, zou de vos met rust gelaten moeten worden juist als het broedseizoen op zijn hoogtepunt is. Dat strijdt naar mijn mening met elkaar. Zo’n uitzondering lijkt mij dus niet voor de hand te liggen, maar ik zeg de Kamer toe dit de komende tijd wel te volgen. Het kan ook een onderdeel zijn van de evaluatie van de wet.


Brondocumenten


Historie